Recentelijk is door de Hoge Raad een arrest gewezen over de verwerking van de heffingsvermindering verhuurderheffing voor de vennootschapsbelasting. De Hoge Raad stelt dat de heffingsvermindering verhuurderheffing kwalificeert als een investeringssubsidie, hetgeen voor de meeste woningcorporaties positief uitvalt.
Achtergrond
Dat de verhuurderheffing die woningcorporaties betalen voor de vennootschapsbelasting aftrekbaar is staat buiten kijf. De fiscale behandeling van de heffingsvermindering verhuurderheffing is echter lange tijd punt van discussie geweest. Er zijn in de praktijk twee wijzen waarop de heffingsvermindering in de verhuurderheffing in de aangifte vennootschapsbelasting kan worden verwerkt.
- Netto methode: de verhuurderheffing verminderd met de heffingsvermindering verhuurderheffing is aftrekbaar;
- bruto methode: de verhuurderheffing is geheel aftrekbaar, de heffingsvermindering verhuurderheffing wordt in mindering gebracht op de kostprijs van de onroerende zaak waarop hij betrekking heeft.
Uitspraak HR
In haar arrest stelt de Hoge Raad dat de heffingsvermindering verhuurderheffing moet worden verwerkt volgens de bruto methode. Aldus de Hoge Raad kwalificeert de heffingskorting verhuurderheffing als een investeringssubsidie, welke in de aangifte vennootschapsbelasting in mindering moet worden gebracht op de kostprijs van het object waarop de korting betrekking heeft. Effectief komt het er op neer dat bij de fiscale winstberekening het brutobedrag van de verhuurderheffing aftrekbaar is, hetgeen voordelig uitpakt voor de corporatiesector.
Wat betekent dit voor u?
Omdat het er vooralsnog op lijkt dat de verhuurderheffing per 1 januari 2023 in zijn geheel wordt afgeschaft, heeft de uitspraak van de Hoge Raad naar de toekomst toe weinig effect. Toch is deze uitspraak weldegelijk van belang. Woningcorporaties die de afgelopen jaren een heffingsvermindering verhuurderheffing hebben ontvangen, kunnen voor nog openstaande jaren een aanvullende aangifte vennootschapsbelasting indienen ofwel uiterlijk binnen zes weken na de dagtekening van de definitieve aanslag in bezwaar gaan.
Wilt u meer informatie over de toepassing van het arrest? Neem voor vragen contact op met Ton van Balen via tvanbalen@dudoklegal.nl of telefonisch via +31 (0)20 540 8820.
Als gevolg van nieuwe jurisprudentie en wetswijzigingen kan het voorgaande op het moment van lezen achterhaald zijn. Wij adviseren dat u zich ook altijd laat informeren over de actuele stand van de jurisprudentie en wetgeving, graag staan wij u hierin bij.